Gemeentebelangen Groen Soest
Slide 4
Slide 5
Slide 5
Slide 7
Slide 7
Slide 1
Slide 1
Slide 2
Slide 2
Slide 3
Slide 3

Sociale Media

Facebook
Twitter
Instagram

@GGS_Soest

Waarom GGS tegen de Doelgroepenverordening stemde …

maandag 30 oktober 2023

Het rijk wil dat er meer betaalbare woning worden gebouwd. Een logisch en juist streven, gezien de vraag naar woonruimte. De vraag is dan wel: voor wie ga je bouwen? Welk type huis hebben we nodig en in welke verhouding?  Daarom is in de Nationale Bouwagenda een zogenaamde doelgroepenverordening opgenomen.

Bij projecten van 15 of meer woningen moet de samenstelling minimaal bestaan uit 30% sociale huur, 5 % middenhuur, 15 % sociale koop en 15% betaalbare koop. Aan deze categorieën hangen maximale huur- of koopprijzen. Het overige deel, dat is dus 35 %, kan door de ontwikkelaar vrij worden ingevuld. Er worden echter ook minimum afmetingen voor de woningen voorgeschreven. Een sociale huurwoning met twee kamers moet minimaal een woonoppervlak hebben van 50 m2, met drie kamers 65 m2. Dit laatste minimum geldt ook voor middenhuur en betaalbare koop.

Er is een sociaal-maatschappelijke ontwikkeling te zien dat mensen steeds minder spullen hebben. Starters willen een eigen plek, ook al is deze klein. Bij Ikea is een opstelling gemaakt van wonen op 25 m2. Het is ongelooflijk wat je daarmee kan doen, ga zelf maar eens kijken!

Als gemeente zijn wij voor een groot deel van onze bouwcapaciteit afhankelijk wat grondeigenaren en projectontwikkelaars. Zij hebben de grond, nemen de risico’s, maar ze zijn ook commercieel. Projecten moeten rendabel zijn. Het gevolg van het voorschrijven van minimale leefruimte tast die rentabiliteit aan. Niet alleen passen er minder huizen op een oppervlakte, ook is de regeling zo dat bij grotere oppervlakte meer parkeerruimte op eigen terrein moet worden gerealiseerd. Het gevolg? De verdiensten lonen niet, of slaan zelfs om in verlies. De projectontwikkelaar haakt af, en de sociale woningbouw door particulieren valt stil; minder nieuwe huizen dus.

Dit verzinnen we niet zelf, dit blijkt uit diverse rapporten. Bijvoorbeeld bij ABN/AMRO: bouwactiviteit zal terugvallen in 2023 en 2024. Oorzaken: oplopende hypotheekrentes (dus lagere verkoopprijzen), krapte op de arbeidsmarkt (dus hogere lonen), tekort aan bouwmaterialen (dus hogere prijzen) en daarbij algehele kostenstijging door inflatie. Meer specifiek voor Soest: in opdracht van de Rekenkamercommissie Soest (een onafhankelijk onderzoeks-coördinatieorganisatie ten dienste van de volksvertegenwoordiging) is een discussienota (Expertsessie Rigo) opgesteld met betrekking tot het woningbouwbeleid. Hierin geven de plaatselijke ontwikkelaars nadrukkelijk aan dat verhoogde volkshuisvestelijke ambities de financiële haalbaarheid onder druk kunnen zetten.

Samengevat: De projectontwikkelaar ziet zijn inkomsten dalen en zijn onkosten stijgen.

Als fractie zien wij graag dat in Soest voor 2031 ruim 1500 nieuwe woningen in onze gemeente worden gebouwd. Met de doelgroepenverordening zoals die nu is vastgesteld denken wij niet dat dit zal kunnen worden gerealiseerd. Daarom heeft GGS tegen deze verordening gestemd. Juist omdat wij willen dat de woningbouw in Soest op gang blijft, en dat iedereen in onze gemeente zijn eigen fijne plek kan krijgen. We zullen de ontwikkelingen nu moeten afwachten …

Jan Paauw

Fractievoorzitter

06 - 206 671 56

Fractievoorzitter

Aandachtsgebieden: Financiën - Economie - Bestuurlijke taken - Sport - Wonen - Ruimtelijke Ordening


Stuur een e-mail

Laat een reactie achter

Nieuwsoverzicht