Gemeentebelangen Groen Soest
Slide 4
Slide 5
Slide 5
Slide 7
Slide 7
Slide 1
Slide 1
Slide 2
Slide 2
Slide 3
Slide 3

Sociale Media

Facebook
Twitter
Instagram

@GGS_Soest

Besluitvormde Raad 11 november 2021

donderdag 11 november 2021

Besluitvormde Raad 11 november 2021 xxx

In de besluitvormende raad van 11 november 2021 lag het vaststellen voor van de begroting 2022, inclusief de meerjarenraming voor de periode 2023-2025. In de opiniërende raad de week daarvoor was al uitvoerig over een en ander gedebatteerd. Twee van de negen amendementen en een motie zijn aangenomen. De oppositie luchtte nadrukkelijk het hart naar de coalitiepartijen, waaronder Gemeentebelangen Groen Soest.

De besluitvormende raad is het moment om amendementen en moties in te dienen. Een amendement is een voorstel tot wijziging van een voorliggend besluit. Krijgt het amendement de steun van de meerderheid van de gemeenteraad, dan wordt de tekst van het besluit gewijzigd. Met een motie wordt een verzoek aan  het college van Burgemeester en Wethouders (B&W) gedaan (of een oordeel over B&W uitgesproken). Ook met steun van de meerderheid van de raad heeft kan B&W een motie naast zich neerleggen.

Het was te verwachten dat vanuit de diverse partijen amendementen zouden worden ingebracht. Dit is immers het moment waarop nog enige bijstelling kan plaatsvinden. Negen amendementen, één motie en een ‘motie vreemd’ (een motie die zich recht op een onderwerp dat niet op de agenda van de vergadering staat) kwamen aan de orde.

De kaderbrief en begroting

De begroting is gebaseerd op de te verwachten uitgaven en inkomsten van de gemeente. Het borduurt voort op de begroting van het jaar daarvoor en de teneur is eigenlijk al in juli door de raad met de Kaderbrief 2022 en Voorjaarsnota 2021 vastgesteld.

In de kaderbrief worden globale grenzen aangegeven waarbinnen de begroting wordt opgesteld. Belangrijk is dat toen is afgesproken om met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen in 2022, in de begroting geen beslissingen te nemen ‘die een onaanvaardbaar hoog beslag leggen op structurele begrotingsmiddelen’. Eenvoudig gezegd: we gaan niet te veel veranderen en geen nieuwe lasten voor de toekomst creëren. Na de verkiezingen kan een nieuw college en een nieuwe raad een nieuwe lijn voor de jaren vanaf 2023 bepalen.

Daarbij is er landelijk ook geen nieuw regeerakkoord, weten we niet wat de landelijke overheid aan de gemeenten aan financiële bijdragen gaat verstrekken, weten we niet wat corona nog brengt en … al is de financiële situatie oppervlakkig beschouwd rooskleurig, er is sprake van een paar potentiële tegenvallers die het nu positieve beeld kunnen doen kantelen.

Oppassen

Een herverdeling van het gemeentefonds zou tot een tegenvaller in gemeentelijke inkomsten van €2,6 miljoen per jaar kunnen leiden. Verder staan er ‘plannen in de steigers’ die €3 tot 5 miljoen structureel op het budget kunnen gaan drukken (in de begroting ingeschat tot een risico van totaal €6,6 miljoen).

Een algemene reserve van gemiddeld €6,5 miljoen – zoals over de periode tot 2026 is begroot – komt dan in een ander licht te staan. Zelfs de zogenaamde weerstandscapaciteit, een vermogensbuffer voor het opvangen van eventuele (financiële) calamiteiten van €12,6 miljoen is geen reden om je rijk te rekenen. We streven er naar om de algemene reserve op ten minste €6 miljoen te houden. Die grens wordt dus – wanneer het flink tegenzit – eerder overschreden dan je neigt te denken.

De oppositie

De oppositie luchtte bij de eerste besprekingen van de amendementen nadrukkelijk het hart bij monde van Peter Lucas (CDA). Van samenwerking was naar zijn mening eigenlijk al de gehele raadsperiode geen sprake. De ideeën die vanuit de oppositie met constructieve bedoelingen werden aangedragen werden categorisch door de coalitie – nu eenmaal de meerderheid – naar de vuilnisbak verwezen. De fractieleiders van de coalitiepartijen werden dan ook duchtig onder vuur genomen. Zij bleken echter goed in staat hun visie krachtig te verdedigen terwijl ook open oog werd gehouden op goede suggesties vanuit de oppositie. Hoewel de raad haar besluiten als geheel neemt drukt er toch meer verantwoordelijkheid op de coalitie. De coalitiepartijen leveren immers de wethouders die dat de ideeën, vastgelegd in het coalitieakkoord, uitwerken. Daarin schuilt enerzijds de daadkracht, terwijl anderzijds de coalitie toch wat meer geneigd zal zijn tot voorzichtigheid. Het is niet de bedoeling komende raden en colleges met financiële tekorten op te zadelen. 

De amendementen

  1. GGS is een voorstander van een voorzichtig financieel beleid. In dit kader kon het eerste amendement (ingediend door DSN, POS, Soest2002, LAS en BBS), het terugdraaien van de verhoging van de Onroerend Zaak Belasting, door GGS niet worden gesteund. Het amendement is met 7 tegen 18 stemmen afgeblazen.
  2. Het tweede amendement (ingediend door DSN, CDA, LAS en BBS), een voorstel om de verhoging van de huurtarieven binnensport uit te stellen kon ook niet op de steun van GGS rekenen. De tarieven zijn in verhouding tot de omliggende plaatsen al laag. Tijdens de corona-periode is al een en ander kwijtgescholden. Dit amendement is met 13 stemmen tegen en 12 voor afgewezen.
  3. Het derde amendement (ingediend door DSN, POS, Soest2002, en BBS) is een jaarlijks terugkerende klassieker van Democraten Soest Natuurlijk en immer gesteund door Burgerbelangen Soest en Soesterberg: aanpassing van de hondenbelasting aan dat bedrag dat werkelijk aan maatregelen met betrekking tot de honden wordt uitgegeven. GGS vindt dat hier even gewacht moet worden op landelijk beleid. Er zijn plannen om de hondenbelasting af te schaffen. Ook dit amendement is door de raad met 9 tegen 16 stemmen weggestemd.
  4. Amendement vier (ingediend door POS, LAS, DSN en GroenLinks) betrof een voorstel om een krediet van € 3.000.000,- op te nemen voor het realiseren van een sociaal-cultureel centrum in Soesterberg. Ook dit voorstel redde het niet. Maar liefst 20 van de 25 aanwezige raadsleden stemden tegen. Voor GGS was de reden om niet te steunen gelegen in het feit dat het vreemd is al geld te reserveren voor plannen die nog niet eens duidelijk op papier staan. Ondertussen zou namelijk per jaar voor dit krediet wel een rentelast van € 105.000,- moeten worden betaald! Daarbij blijkt, dankzij speurwerk en bemiddeling van GGS raadslid Yolanda Bonouvrié, dat er nog geld beschikbaar zal komen vanuit de oude Stichting Dorpshuis. Zie ook haar artikel daarover op deze site.
  5. Vervolgens het vijfde amendement (ingediend door DSN, CDA, POS, LAS, Soest2002, GroenLinks en BBS), het structureel verhogen van de subsidie voor Natuur en Milieu Educatie (NME) naar € 80.000,-. Dit voorstel is in strijd met de afspraken zoals vastgelegd in de kaderbrief. Het zou een structurele verhoging van de financiële lasten met € 40.000,- per jaar betekenen. Groen Links meende dat dit, gezien de ruime reserves, makkelijk kon. Zoals boven al opgemerkt kunnen deze reserves echter bij een paar flinke tegenvallers wegsmelten. GGS kiest (zie Amendement 9) voor een weg die binnen de door de raad gestelde kaders blijft, zonder NME in de kou te laten staan. Het amendement is met 12 tegen 13 stemmen verworpen.
  6. Amendement zes (ingediend door DSN, CDA, POS, LAS, Soest2002, PvdA, GroenLinks en BBS) betrof een renovatie van de F.C. Kuyperstraat. Wethouder Aukje Treep ontraadde dit amendement. De bewoners van genoemde straat willen dat er een grondige opknapbeurt zal plaatsvinden. Uit nader onderzoek blijkt echter dat er geen sprake is van ernstige gebreken, bijvoorbeeld in de riolering, waardoor haast zou zijn geboden. Wanneer nu de F.C. Kuyperstraat voorrang zou worden gegeven zouden andere straten, met een meer urgente problematiek, weer later aan de beurt komen. Ook dit amendement werd met nipte meerderheid afgewezen; 12 tegen 13 stemmen.
  7. Unaniem werd amendement zeven (ingediend door DSN, CDA, POS, LAS, Soest2002, PvdA, GroenLinks en BBS) door de raad omarmd, zij het door bijstelling ter plekke waardoor het structureel gevolg van de maatregel werd weggenomen. Nu is voor 2022 afgesproken om de bezuiniging ‘kleine subsidies’ (€ 40.000,-) geen doorgang te laten vinden. Daarna zien we weer verder.
  8. Amendement acht (ingediend door Soest2002, PvdA, CDA en LAS) was een voorstel om de zogenaamde mobiliteitsvisie te koppelen aan percelen, te bestemmen voor woningbouw. Dit zou òf uitstel betekenen, òf het overhaast vaststellen van plekken voor huizen. Daar zouden we weer spijt van kunnen krijgen. Beter is om de opzet te handhaven zoals die is: de mobiliteitsvisie uitvoeren als programma van de omgevingsvisie. De mobiliteitsvisie gaat dan integraal bijdragen aan een goed beeld voor Soest in de toekomst. Daarbij is volgens het huidig coalitieakkoord bouwen buiten de rode contouren taboe. De mogelijke woningbouwlocaties zijn bekend en worden in de omgevingsvisie verwerkt. Dit amendement is met 18 stemmen tegen en 7 voor verworpen.
  9. Amendement negen (ingediend door D66, GGS, VVD en ChristenUnie-SGP) is een andere versie van amendement vijf, maar binnen de marges van de kaderbrief. Voorstel was: toevoegen van € 22.000,- aan het NME-budget voor 2022. Met een eerder bedrag van € 18.000,- voor onderwijs met betrekking tot de energietransitie krijgt NME dan weer de beschikking over € 80.000,- in 2022. Dan kan een nieuw bestuur zich bezinnen op mogelijke uitbreiding van taken van NME. Het is immers belangrijk dat de jeugd voorlichting krijgt over de vele zaken die ons milieu bedreigen, de schoonheid van het milieu en het gedrag waarmee wij misschien nog iets van de wereld kunnen redden. Dat de raad doordrongen is van het belang van NME is gebleken. Het amendement is unaniem aangenomen.

Motie en ‘motie vreemd’.

Rest nog de motie en de ‘motie vreemd’. De motie (ingediend door CDA, LAS, BBS, POS en PvdA) betrof de telefonische bereikbaarheid van de gemeente. Deze is in Soest beperkt tot de ochtenduren. Uitbreiding hiervan zou naar schatting € 100.000,- kosten. Het probleem zit ook in de onderbezetting van het ambtenarencorps. De motie is verworpen, maar toegezegd is om te zoeken naar creatieve oplossingen.

Bladblazers

De ‘motie vreemd’ (ingediend door DSN, GroenLinks en LAS) richtte zich op het gebruik van bladblazers. Door velen wordt de herrie als hinderlijk ervaren en voor de natuur is het wegnemen van bladeren uit de kringloop niet gunstig. Bladresten voegen voedsel toe aan de bodem en bladhopen vormen overwinterings- en foerageplaatsen voor allerhande dieren.

Helaas was de motie een vergaarbak van vier onderwerpen. Staande de vergadering is de motie ook nog op enige punten aangepast. Uiteindelijk behelsde zij allereerst een oproep om zo veel mogelijk blad in de openbare ruimte achter te laten. Ten tweede om het gebruik in opdracht van de gemeente van vervuilende bladblazers en ander gereedschap met een verbrandingsmotor tussen nu en 2024 uit te faseren. Ten derde om aan te dringen op het zo snel mogelijk invoeren van elektrische bladblazers en het gebruik van door 2-takt motoren aangedreven bladblazers bij particulieren te ontmoedigen. Ten vierde om uiterlijk in de Voorjaarsnota 2022 te komen met een plan voor een algehele ‘ban op de benzine-aangedreven bladblazer’.

Wethouder Treep gaf aan dat er al zorgvuldig wordt omgesprongen met het blad in de openbare ruimte. Dit blijft zo veel mogelijk liggen. Voor GGS lag het pijnpunt in de motie bij het snel gaan gebruiken van elektrische bladblazers. Deze functioneren nog niet goed genoeg om als volwaardige vervanger te kunnen worden ingezet en zijn dermate zwaar dat de operateurs er last van ondervinden. Daarbij leidt snelle vervanging van materiaal tot verhoogde kosten van afschrijving die uiteindelijk voor rekening van de inwoners komen. Juist ook uit milieuoogpunt wordt het benutten van de langst mogelijke levensduur van apparaten bepleit, ondanks een soms hogere vervuiling bij gebruik. Per saldo is namelijk de milieulast dan tòch lager aangezien er niet hoeft te worden gesloopt en nieuw gemaakt.

Door veel partijen werd de motie in eerste instantie als ‘betuttelend’ ervaren. De wethouder zag verder geen mogelijkheden tot handhaving van een verbod op bepaalde bladblazers. Uiteindelijk is de motie aangenomen met 13 tegen 12 stemmen. GGS stond er ambivalent tegenover. De motie had misschien beter in delen kunnen worden voorgelegd. Hierdoor deed de eigenaardige situatie zich voor dat we tegen stemde en toch ook weer blij waren dat de zaak nu wordt aangepakt. In het plan van aanpak kan dan de nodige bijstelling plaatsvinden.

Het was een zware avond. Desalniettemin bleef een groot deel van de raadsleden nog even hangen voor een drankje en een hapje. Tegen het middernachtelijk uur vertrokken de laatste volksvertegenwoordigers.

Tim de Wolf

raadslid

035 - 602 67 61

Raadslid

Aandachtsgebieden: Natuur en Milieu - Bestuurlijke taken - Kunst en Cultuur - Verkeer en Vervoer 


Stuur een e-mail

Laat een reactie achter

Nieuwsoverzicht